Over sensei

Shihan Bart De Backer

Shihan Bart De Backer heeft verschillende jaren getraind in meerdere stijlen ( Jujutsu, Shin Gi Tai Kempo, Kempo Karate en Hapkido ) vooraleer zijn echte passie te vinden in de studie van Kosho Shorei Ryu Kempo. Hij is vertegenwoordiger van Kosho Shorei Ryu Kempo in Europa en is direct student onder Hanshi Bruce Juchnik en Kyoshi Jeff Driscoll . Elk jaar trekt Shihan De Backer naar de USA om les te krijgen in de studie van Kosho Shorei Ryu Kempo.

Onze club brengt ook minstens 1 keer per jaar Kyoshi Jeff Driscoll naar België om zeer intensief te trainen op weekstages en ook op de jaarlijkse European Gathering ( dit naar voorbeeld van de Eastcoast Gathering en de Westcoast Gathering in respectievelijk Pennsylvania en Californië USA )

Shihan Bart De Backer is ook federaal instructeur geweldbeheersing bij de overheid. Hij geeft les aan agenten van het Veiligheidskorps en leidt interventieteams op binnen het gevangeniswezen. Hij tracht ook zoveel mogelijk stages bij te wonen van andere leraars en andere stijlen want een goede leraar is een eeuwige student…

Oude geschiedenis

Het verhaal van Kosho Ryu begint met een korte geschiedenis van de tempel waar Kosho werd ontwikkeld:
In het jaar 778, werd Shozen Daishi geboren. Hij was zo verstandig dat hij het kind van God genoemd werd. Toen hij dertien jaar oud was besloot hij om monnik te worden, dus schoor hij zijn hoofd en begon hij zijn studie van het boeddhisme. Deze begon in Yakushi tempel aan de voet van Mt. Ikura, in Kyushu, Japan. Op een dag beklom hij Mt. Ikura en was hij erg onder de indruk van de mysterieuze wolken boven Mt. Kinkai. Uiteindelijk bouwde hij daar een huis.

Toen hij 21 jaar oud was, maakte hij een schrijn met een standbeeld van Shaka, een boeddhistische godheid, in het huis. Een paar jaar later verbouwde hij het huis en noemde het Shaka-In. Op dat moment werd Kanmu (de keizer van Japan) erg ziek en riep hij de monnik om hem te genezen. Hij was succesvol en de keizer gaf hem de officiële titel van “Shozen Daishi”, een titel van hoge meesterschap meestal gereserveerd voor Samurai, en bijna nooit gegeven aan iemand van een lager statuut. Bovendien stond de keizer enorme rijstvelden en een groot grondgebied af aan Shaka-In. Op 57 jarige leeftijd stierf Shozen Daishi in 835. Rond deze tijd had de tempel bijna 100 gebouwen.

We weten dat in het jaar 850 een brand uitbrak in Shaka-In en de huizen van de 75 monniken in rook opgingen. Later, rond 1100, werd opnieuw een deel van de tempel geteisterd door vuur in een poging van plunderaars om de tempel te vernietigen. Rond het jaar 1235 werd een priester (wie James Mitose zijn eerste voorouder noemde) verlicht met wat wij nu Kempo noemen. Volgens Mitose was deze man zowel een martial arts meester als ook een boeddhistische priester die studeerde aan Shaka-In, maar vond hij het moeilijk om beiden te zijn. Zijn godsdienst leerde hem het pacifisme, zijn krijgskunst leerde hem vernietiging. Hij moest iets er tussen in vinden.

Hij besloot om op deze schijnbare tegenstrijdigheid te mediteren onder een grote oude dennenboom aan de tempel. Een paar jaar eerder had een brand in het Boeddha huis de geest van de Boeddha uit het gebouw en in de nabijgelegen dennenboom gedwongen. Veel monniken zouden er heen gaan om te mediteren, zodat ze dicht konden zijn bij hun god. Na lange tijd van meditatie kwam hij met iets geweldigs. De monnik volgde de natuurwetten die hem een perfecte methode gaf om te verdedigingen en te ontsnappen. Hij geloofde dat bij echte zelfverdediging geen lichamelijk contact is. Met behulp van zijn strategiën kon de monnik de aanval van zijn tegenstander ongedaan maken en dit op een manier waarbij beiden ongedeerd bleven. De achthoek zou worden gebruikt als een symbool voor een methode van beweging, waarin het bewegen naar bepaalde hoeken op basis van timing en afstand-bewaring er voor zorgt dat de tegenstander verward raakt en zo zijn evenwicht verliest. Zijn voornaamste doel was zijn tegenstanders te hervormen tot goede burgers.

Hij en daaropvolgende generaties van zijn familie ontwikkelden de kunst van Kosho Shorei Ryu zoals we het nu kennen met dit alles in het achterhoofd. De monnik koos deze naam voor zijn kunst om de geest en de oorsprong ervan weer te geven. Kosho Shorei Ryu betekent: De Studie van de Oude Dennenboom School van Bemoediging. De beroemde Sho Chiku Bai is gecentreerd op een achthoek en is nog steeds in gebruik als het symbool van Kosho Shorei Ryu. De monnik droeg een versie van dit teken.

Kosho Ryu bujutsu, de oorlogstijd-kunsten, evenals alle andere aspecten van Kosho Ryu, zijn gebaseerd op de openbaring die de monnik ontving onder de oude dennenboom meer dan 750 jaar geleden. Kosho Ryu bujutsu was een apart deel van Kosho Ryu die alleen werd bestudeerd door de Sohei. De Sohei waren monnikkrijgers, wiens taak het was om de tempel en haar grondgebied te beschermen, alsook om te vechten in oorlogen gesteund door de tempel. Ze droegen doorgaans normale monnik-gewaden tijdens vredestijd en ze droegen een korte staf (jo). In oorlogstijden droegen ze onder hun gewaden een harnas, en ninja-achtige maskers bedekten hun gezicht. Hun belangrijkste wapens in de strijd waren een groot hellebaard bekend als een naginata, evenals een typisch Japans lang zwaard bekend als een tachi. De sohei van Kosho Ryu waren bedreven in de kunst van het ontsnappen, die vergelijkbaar is met, maar wel ouder is dan jiujitsu, aikido en karate.
James Mitose zei dat er op een bepaald moment meer dan 400 monniken woonden en studeerden in de tempel. Deze monnikskrijgers werden een potentiële bedreiging voor de politieke controle op het bezit van Konishi Yukinaga, de Daimyo van Kyushu op het moment. Het was om deze reden dat in het jaar 1588, Konishi 5000 samurai stuurde naar de tempel om deze te vernietigen. De 400 sohei op Shaka-In waren verslagen door de overweldigende massa van de samurai, maar toch op 1 of andere manier geslaagd waren om een aantal van de meest waardevolle artefacten, documenten en de heilige oude dennenboom te beschermen. Konishi nam het grondgebied van de tempel in beslag en liet veel huizen en 49 andere tempels in de buurt verbranden. Later werd hij onthoofd door misschien wel een van de meest beroemde krijgsheren in de Japanse geschiedenis, Kato Kiyamasa. Kato was de daimyo van de nabijgelegen Kumamoto Castle en een zeer gedreven boeddhist. Konishi was een Christen en had eerder tegen de samurai-code van bushido gegaan door te weigeren om seppuku te plegen (rituele zelfmoord), nadat hij gevangen genomen werd. Een aantal jaar eerder waren hij en Kato samen commandanten tijdens de Japanse invasie van Korea. Kato heeft minachting voor Konishi sinds zijn weigering om seppuku te plegen wanneer hij gevangen genomen werd. In de ogen van Kato bracht hij schande voor Konishi, zichzelf en alle samurai.

32 jaar later, herbouwde de zoon van Kato Kiyamasa en een samurai met de naam Kato Tadahiro de tempel. Vanaf die tijd werden de geheime krijgskunsten van Kosho Shorei Ryu onderwezen alleen voor familieleden om de traditie te handhaven. Kosho Shorei Ryu krijgskunsten werden 21 opeenvolgende generaties in het geheim doorgegeven tot James Mitose Masayoshi de kunst overhandigde aan de 1ste niet-japanner, een Amerikaan genaamd Bruce Juchnik. James Mitose haatte de martial arts voor wat zij mensen aandeden, maar hij wist dat hij ze niet kon laten want dan zou zijn familietraditie sterven. Hoewel tal van mensen geintroduceerd werden aan Mitose en psychologische en filosofische kennis kregen van hem via Mr Juchnik, bestaat er geen twijfel over dat Bruce Junchnik de enige was die Mitose’s familie geheimen van Kosho Ryu en zo de ware kunst van Kosho Shorei Ryu Kempo leerde. Velen die er toen bij waren kunnen deze feiten valideren waaronder George Santana, Eugene Sedenio, Rick Alemany en studenten en medewerkers van Juchnik Hanshi destijds. Sommigen van hen zijn te zien in videotapes van Controversy and The Truth behind the Controversy, beschikbaar bij SKSKI

Moderne geschiedenis

De volgende informatie is overgedragen aan Hanshi Bruce Juchnik door Hanshi James Mitose. Het is later bevestigd en geratificeerd door Professor Thomas S.H. Young en door anderen die aanwezig waren in Hawaï gedurende de periode wanneer deze geschiedenis plaatsvond. Deze feiten geven de echte waarheid weer wat er gebeurde in deze periode. Vele misleidende en foute informatie is de wereld ingestuurd als zijnde de waarheid. Een voorbeeld hiervan is een artikel dat verschenen is in Inside Karate’s Martial Arts Masters Magazine (Januari 1996) over William Chow. Vragen of commentaar kunnen steeds direct geadresseerd worden aan SKSKI.

James Mitose kwam van Japan naar Hawaï in 1936. Hij voelde een groot respect en liefde voor de Verenigde Staten van Amerika, waar hij goed behandeld geweest was. Op 8 december 1941, een dag na het bombarderen van Pearl Harbor door Japan dat de VSA in de tweede wereldoorlog stortte, was Mitose de eerste in de lijn om bloed te geven voor de gewonden. Hij sloot zich ook direct aan bij Hawaii Territorial Guard, dat instond voor de verdediging van het eiland tegen een japanse invasie. Begin 1942 begon hij ook les te geven in martial arts.

Robert Trias was degene die hem overtuigde om les te geven op Hawaï. Sensei Trias was later de eerste persoon die een karateschool opende op het vasteland. Alhoewel Trias geen student was van Mitose spraken ze geregeld en werden ze vrienden.

Thomas S.H. Young, die de informatie over Trias doorspeelde aan Hanshi Juchnik, was de eerste student van Mitose. Sensei Mitose gaf maar 4 jaar les op Hawaï, tussen 1942 en 1946. Yudansha (zwarte gordel) certificaten werden toegekend aan de volgende studenten van Mitose’s Official Self-Defense Club, in chronologische volgorde: Thomas S.H. Young (wiens erkenning van Mitose hem tot eerste zwarte gordel Kempo ten westen van Azië maakte), Jiro Nakamura (erkenning door Mitose), Arthur Keawe (erkenning door Mitose), Paul Yamaguchi (erkenning door Mitose), William Chow (erkenning door Thomas S.H. Young), Bobby Lowe (erkenning door William Chow). Deze informatie is doorgegeven door Thomas S.H. Young en later bevestigd door andere Kempo pioniers die toen aanwezig waren.

James Mitose heeft Mitose’s Official Self-Defense Club overgelaten aan Thomas S.H. Young in 1946 en stopte daar met lesgeven. Mitose verhuisde naar het vasteland in 1954. Tussen 1954 en 1977 gaf Mitose les aan één leerling, Terry Lee, en dit gedurende slechts 1 jaar. Gedurende deze 23 jaar ging Mitose geregeld terug naar Japan om zijn kennis van de krijgskunsten uit te breiden. Volgens Thomas S.H. Young stopte Mitose regelmatig in Hawaï voor enkele dagen terwijl heen en weer ging naar Japan. Mitose en Young bleven goede vrienden.

Op het einde van 1977 werd Bruce Juchnik geïntroduceerd aan Mitose door George Santana (leerling van Juchnik). Juchnik volgde les bij Mitose tot deze stierf in 1981. Voor hij stierf gaf Mitose aan juchnik alle certificaten aangaande Kosho Shorei (Menkyo Kaiden en Inka Shomei) en gaf hem de “… power to do whatever you(Juchnik Hanshi) thinks is good and right for God, for me (Mitose), and for Kosho Shorei, true self-defense, true and pure Karate and Kempo” vanaf die dag. Geen enkele andere person heeft zulke erkenningen of certificaten gekregen.

Deze periode van de Kosho Ryu geschiedenis is volledig beschreven in Hanshi Juchnik’s boek, “To fall seven, to rise eight.” Professor Thomas S.H. Young en Hanshi Bruce Juchnik werkten tesamen van 1982 tot professor Young’s dood in 1995, om de link te leggen met Mitose’s eerste lessen tussen 1942 en 1946, en de latere lessen die hij gaf aan Juchnik tussen 1977 en 1981. Het was de wens van Mitose dat alle kempostudenten de volledige kunst van Kosho Ryu beoefenden, inclusief de controlerende en de onsnappende kunsten (bv. klemmen en studie van de octagon om te ontsnappen), alsook de vernietigende kunsten (bv. slagen en trappen), genezingskunst ( bijv. shiatsu) en culturele kunst (bv. japanse kalligrafie of shodo en japanse taal en geschiedenis). Juchnik en Young hebben steeds gestreefd naar dit doel.

Thomas S.H. Young was tot zijn dood een actief deelnemend lid van de organisatie van Juchnik, namelijk SKSKI (Sei Kosho Shorei Kai International). De SKSKI is ontstaan om de kennis van James Mitose in stand te houden. In juni 1989, kort na de dood van Robert Trias die grootmeester was in Shuri Ryu Karate en adviseur van SKSKI, namen 3 belangrijke gebeurtenissen plaats in het Oakbrook Hotel in Chicago, Illinois. SKSKI hield een herdenkingsplechtigheid voor Robert Trias en presenteerde een begrafenisscroll aan Roberta Trias, zijn dochter en erfgenaam van Shuri Ryu Karate. Professor Young werd officieel status van Hanshi gegeven door SKSKI, waardoor de 2 topstudenten geünificeerd werden, Young uit Hawaï en de eerste lessen, met Juchnik die student was van de latere periode. Het was daar dat de geschiedenis vastgelegd werd zoals die echt gebeurd was vanaf de jaren ’30, door Young en Juchnik, aangaande Mitose. Tijdens hetzelfde evenement heeft de SKSKI geholpen om de beginselen vast te leggen van American Oriental Bodywork Therapies Association (AOBTA). Dit evenement werd georganiseerd door sensei David Champ, de Bucho (afdelingshoofd) van de healing arts afdeling van SKSKI. Het werd bijgewoond door Toro Namikoshi, hoofd van de Nippon Shiatsu Institute of Japan en schrijver van vele boeken over de japanse healing arts. Toshiko Phipps, de persoonlijke fysio van de Koninklijke Koreaanse Familie en ongeveer 70 jaar bezig met healing arts. Doan Kaneko, die uit een familie stamt met reeds 400 jaar kennis over Anma massage. Ook nog vele andere prominenten op het vlak van de healing arts.

Momenteel geeft Hanshi Bruce Juchnik, bijna elk weekend, heel veel druk bezochte seminars in gans Noord-Amerika alsook in Europa. Zijn school, the headquarters Dojo of Sei Kosho Shorei Kai, bevind zich in Sacramento, California.